Tekstweergave van DC_1906-06-11_009

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
19063. Aond-Uit... DORDREÛHTSCHE (lûil■ÁNrll,Níêìâlllí■iítg ll Juni Àvonduitgave. TWEEDE BLAD. Reis-Abonnementen De administratie van de Dordrechtsche Courant is gaarne bereid om tegen vergoeding van porto’s aan hare abonné’s, die voor korten of langen tijd op reis gaan, de Courant aan hun tijdelijk adres te zenden. Zij behoeven daar- van slechts opgaaf te doen van duidelijk adres. Ook abonnementen voor den tijd van een halve of lieele maand worden gedurende het reisseizoen verstrekt. UITENLAVN n. DORDRECHT, 9 Juni. Uit- en over Amerika. __ Milwaukee, Wis., Mei 1906. _ In mijn laatste „stukje” voor de krant stelde ik in uitzicht, „bij gelegenheid” eens een be- zoek te zullen brengen aan het rijkeluïs kerk- hof alhier, waar zich een crematorium of oven voor lijkverbranding bevindt. De zetter maakte van de woorden „bij gelegenheid”, „bij leven- den lijve”. Wel, ’t is geen zinstorende drukfout, want als men een bezoek aan een kerkhof gaat bren- gen, als, nu ja, reporter of verslaggever, dient men bij levenden lijve te gaan. De gelegenheid om er eens heen te gaan deed zich voor eenige dagen voor en zoo trok ik er met de street-car naar toe. Het kerkhof is heel mooi, met prachtige perken en lanen, heuvelachtig terrein, mooie graftombes en dergelijke, doch het doel van den tocht, ’t crematorium, viel niet direct in het oog. Eene fraaie kerk dicht bij den in- gang deed dat wel, doch ineenende, dat de kerken van verschillende gezindten en crema- toria nu juist niet zoo heel vriendschappelijk tegen elkander zouden zijn, gingen we eerst verder op den zoek, doch Vonden niets, dat aan een l■koven deed denken. Op onze vraag aan een arbeider, waar ’t crematorium was te vin- den, kregen we ten antwoord: ‚,0! dat is in het basement der kerk”! Dus teruggegaan en aan de kerk gekomen, de achteringang van het basement (sousterrain) opgezocht en naar bin- nen gestapt. Al spoedig ontmoetten we een heer, die op onze vraag, of we de inrichting eens mochten zien, vroeg, of we soms van de familie waren. ‘Het bleek namelijk, dat er juist een lijk verbrand werd. Nu, we waren wel niet van de familie, maar op vertoon van zekere kaart, van imposante stempels voorzien, mochten we vrij rondloopen. De hal in het basement, waar Wij ons be- vonden, was geheel bemuurd met geglazuurde tegeltjes en electrisch verlicht. Van boven in ’t gewelf is eene opening, waar- door het lijk van uit de kerk, onder den ker- kelijken dienst, als in de groeve, zachtjes wordt nedergelaten en zonder kist of bekleeding op Îendsoort van rooster in den oven wordt ge- eg . De oven ziet er net uit als een moffel, waarin in eene metaalwarenfabriek de verf en ’t ver- nis op metalen wordt gedroogd of geëmailleerd FEUlLl EÂÏDUN en lijkt ook wel op een gewonen blakkersoven. Er kunnen twee lijken tegelijk verbrand wor- den. De verbranding geschiedt door olie met gecomprimeerde lucht, dat een vreeselijke hitte moet geven. Naar ik hoor, wordt dat ook in sommige‚ “smelt-erijen toegepast. Het lijk is in een uur geheel verbrand en de asch, die zuiver wit van kleur moet zijn, wordt aan de familie ter hand gesteld. Zoo aan den voorkant van den oven was van het verbrandingsproces niets te bespeuren. Alleen hoorde men het loeien van vlammen binnen in, doch alles was hermetisch dicht. Den oven omloopende, kwamen wij aan den} achterkant en daar waren kijkgaten, van glas voorzien, waardoor men kon zien en de per- soon, die belast was met dat werk, de ver- branding door allerlei kranen kon regelen. Men zag door die kijkglazen enkel in een woelende vlammenmassa, waarin men echter geen lichaam meer kon onderscheiden. Trou- wens, het was ook al meer dan een half uur geleden, dat het lijk er was ingebracht. Teruggaande, wilden wij weder naar de kerk, om daar eens te kijken en meteen nog verdere inlichtingen trachten te bekomen, doch ’t was afgeloopen en de deuren waren gesloten, zoo- dat wij de vrije natuur opzochten, de street- car pakten om thuis weer op tijd aan ’t sup- per te zijn, wel. eeiiigszins onder dc-n indruk van het afgelegde bezoek. Zeer veel belangstelling van de zijde van het publiek, vond de hier gehouden tentoon- stelling, van middelen ter voorkoming en be- teugeling der tuberculose, het witte gevaar. Zij werd gehouden in een grooten ledigstaan- den winkel en was kosteloos voor een ieder toegankelijk. Eiken middag en avond werd een korte voordracht gehouden door een dokter. De tentoonstelling bevatte alle mogelijk gra- phische en statistische gegevens over de long- tering of tuberculose in deze stad, modellen van tenten, sanatoria, photographiën, enz. Voorts op sterk water gezette, door tuberkels aangetaste longen, kunstmatig aangekweekte bacillen en veel meer van die interessante din- gen. Onder anderen ook nog deelen van een met tuberculose besmet rund en stukken vleesch, waarop de bacillen waren uitgepoot. Het was aan het vleesch zeer goed te zien, dat het niet goed was, zelfs voor een leek, maar leverde juist geen appetijtelijk gezicht op. De tentoonstelling kwam van Chicago en is nu de country in. Het schijnt, dat de tuberculose en longtering in verschillende vormen vele slachtoffers maakt in dit land, want men is er altijd druk over in de weer. De onhebbelijke gewoonte om overal in en overal op te spuwen is misschien niet vreemd aan de verspreiding van die ziekte. De dokters willen hebben, dat ieder lijder een sputumfleschje bij zich draagt, doch het zal heel wat voeten in de aarde hebben, de zich vrij voelende besmette Amerikanen er toe te krijgen, zoo’n ,‚handsome” dingetje bij zich te dragen en vooral, het te gebruiken. i‘ ‘Heel toevallig hoorde ik voor eenige dagen, dat er bij de politie vreemde middelen wor-p den aangewend, om van misdrijven verdachte personen tot bekentenis te dwingen, die wel wat middeleeuwsch l■ken voor het zoogenaamde vrije land, waar men niets vrijer is dan in Nederland. Alleen bestaat er geen conscriptie en bij verhuizing behoeft men aan den bur- den kanker weten? is het antwoord bedroe-. vend kort: niets. Tegenover weinig ernstige kwalen staat de menschheid tot dusver zoo hulpeloos, zoo Wetenschappelijk Allerlei. Het onderzoek van den kanker. Weinig kennis en veel onderstel- língen. De parasitaire en de niet-parasitaire theorie, Een sche. mering van lioop.———Amerikaansolie methoden. —— Zal ’t_radiuin iets bewerken? Er schijnt wel iets onbillijks in te liggen, maar begrijpelijk is het toch ook, dat de be- langstelling in de een of andere vreeselijke ziekte soms pas in ruimeren kring tot uiting komt of plotseling herleeft, Wanneer een vorstelijke persoonlijkheid er door aangetast wordt. Van den kanker kan wel is waar niet gezegd worden dat het publiek er niet genoeg belang in stelt het is terecht een van de meest gevreesde onder de ontzettende plagen der menschheid: zelfs de ter.ing boezemt niet zóóveel verschrikking in toch geldt ook in dit geval, dat van hoogerhand dezer dagen een krachtige stoot gegeven is tot bevor- (lering van het onderzoek naar de oorzaak en de geneeswijze van den kanker; een aan- sporing overigens die gelukkig ter nauwer- nood noodig was, waar in onze dagen de eene ziekte voor, de andere na, met de stoere kracht van de moderne wetenschap wordt aange- tast, om, als ’t mogelijk ware, één voor één die vijanden van het menschelijk geslacht te overwinnen. Het was koning Eduard van Engeland, die van zijn bijzondere belangstelling in het kankeronderzoek blijk gaf, en tot de stichting van een Cancer Research Fund opwekte, toen Zljn zuster, keizerin Friedrich, de oudste dochter van koningin Victoria, er door was aangetast. Dat Engclsche fonds beschikt reeds over een groot «kapitaal, dank zij de vorste- lijke giften van enkele personen komt daar bij ons te lande eens om! ——- en al komt er ook nog niet veel over de werkzaamheden tot de kennis van het groote publiek; in stilte ‘wordt door de onderzoekers die den steun genieten van dat fonds, druk gcarbeid. Als men vraagt wat wij met zekerheid van volslagen machteloos. Niet, dat er geen arbeid genoeg door de wetenschappelijke onder- zoekers aan besteed is, of dat er geen scherp- zinnge theorieën over het wezen der ziekte opgesteld zijn. Het voorkomen van den kan- ker, hoe de gezwellen saanigesteld zijn, hoe ze voortwoekeren, welke organen er door aangetast worden en nog zooveel meer dat tot de ziekte-geschiedenis behoort, is tot in de puntjes bekend. Vraagt men ecnter naar de innerlijke oorzaak van het ontstaan, naar het wezen der ziekte, dan staat de theorie van den eenen grooten geleerde vlak tegen- over die van den andere. Vandaar dat men heden nog in de periode van het rondtasten verkeert: men heeft geen gevestigden grond- slag om daarop voort te bouwen. Toch en dat is al iets gewonnen is al die studie, is al het verzamelde materiaal, niet te ver- geefs: men kan niet langer zeggen dat de kanker-theorieën gyel■lczuaardig zijn, het sclie- mert door‘, dat sommige geheel opgegeven moeten worden, en de strijd wordt langzamer- hand tot zeer enkele beperkt. De zaak is natuurlijk niet geschikt om in een populair overzicht in bijzonderheden uit- eengezet te worden. Maar ze is van zooveel gewicht, dat een korte beschouwing zeker niet overbodig mag heeten. Van de vele theorieën over het wezen van den kanker zijn de meeste ontstaan op Duit- schen bodem, in het land waar vooral de medische wetenschap met zooveel noesten vlijt beoefend wordt. Onze lezers weten ongetwijfeld, dat het ook een Duitscher ivas, de groote, onlangs over- leden Virchow, die de cel als grondslag van het organisme erkend, en tot de verspreiding van die opvatting het meest bijgedragen heeft. Ons menschelijk lichaam bestaat uit celle-i, men kan ze beschouwen als de een- heden van dat zeer saamgestelde geheel, eenigs- zins op dc wijze zooals eeen honigraat uit ‚afzonderlijke cellen is saanigesteld; maar in de planten en dieren zijn de cellen van ver- schillende soort. Wordt het lichaam op de normale wijze door de voeding onderhouden, dan zal er evenwicht zijn in de ontwikkeling van de verschillende deelen waaruit ons orga- nisme bestaat. Verouderen de organen, doen ze hun werk niet zoo goed meer, dan wordt gelijken stand geen kennis te geven. Maar om tot die middelen terug te keeren. De verdachte zou in een stoombad geplaatst worden, dat steeds meer verhit wordt, tot dat de patiënt de waarheid zegt, of de dokter ge- last om er mee op te houden. Ook zouden de verdachten soms in een tobbe met water ge- stopt worden en ondergedompeld worden tot verdrinking toe, ook al om ze tot bekentenis te brengen. Lukte het middel den eersten keer niet, dan werd het meermalen herhaald. Van een stoombad gesproken. Eene oude lady van mijne kennis had erg veel last van rheuinatiek en om daarvan af te komen, plaatste de dokter haar in een van gútta-percha doek vervaardigd kastje, waar alleen het hoofd buiten uit-stak. In dat kastje werd stoom ge- laten en de patiëntje aldus vrijwel uitgekookt, doch van de rlieumatiek was ze ontslagen. Een poosje daarna liet dezelfde oude lady al hare ‚tanden ien kiezen uittrekken. Ze had er wel is waar niet heel veel gaven meer, doch ’t was toch een lieele karwei en pijnlijk en onaangenaam ook, toen alle tanden en kiezen er uitgenomen waren, in afivachting van een geheel splinternieuw boven- en ondergebit, dat nu de draagster heeleniaal heeft verjongd. Als men zoo onder de menschen komt, ziet men een kapitaal aan goud in de monden schitteren, om kunsttanden vast te houden, kronen van goud en verder dentistwerk. Men vindt hier ontzettend veel dentists. Haast in ieder blok vindt men een huis met een Ë„sign” waarop „dentist” en „zalinarzt” in letters van een voet lang. In het „of■ce” de dentist en de dokters hebben een kantoor, en de photographen een „studio” hangt de bul van het afgelegde examen als tandarts of als geneesheer, met een groot verguld zegel van den staat Wisconsin er op, ten blijke, dat men bij geen kwakzal- ver om genezing of een nieuw gebit is gekomen. Gelukkig kan ik uit eigen ervaring niets mededeelen over de knaplieid van de Ameri- rikaansclie dokters, doch ik houd het er voor, dat ze nog al tamelijk wel op de hoogte zul- len zijn. Sommigen hebben echter de gewoonte, om echte kwakzalvers-advertenties, met hun portret er nota bene soms nog wel bij, in de kranten te plaatsen, ter aanbeveling. Van de vooruitzichten van den komenden oogst valt natuurlijk nog niets te zeggen en hier in de stad, hoe landelijk die er ook uit- ziet, merken we niets van de farms. De be- richten over den laatsten oogst luiden niet zoo bizonder gunstig, daar de zeldzaam zachte winter (volgens Am. begrippen) een beletsel is geweest voor een goed „crop”. Bedoeld wordt de ijsoogst, die vrij belangr■k is en een lian- delsartikel oplevert voor tal van Companies. Het verbruik van ijs in de V. S. is ontzaglijk groot en om nu ’s zomers voorraad te hebben, moet het ’s winters worden geoogst. Het ruwe ijs wordt gebruikt voor de vulling in ijskasten en dergelijke voor de bewaring en het koel houden van allerlei eetwaren en niet het minst voor de vervaardiging van „ice cream”, waar- van groote hoeveelheden worden verbruikt, met en zonder allerlei soorten van vruchten. Het duurt lang eer het hier zomer wordt, hoewel de thermometer reeds op 86° gestaan heeft. De boomen zijn nog niet geheel in vollen bladerdos. Toch begint het in de parken. er al mooi uit te zien, met de liefelijke tinten van het eerste jonge groen. De breede straten de kans grooter, dat dit evenwicht verstoord wordt. Nu heeft Thierscli, uitgaande van het bekende feit dat oude menschen in verre- weg grooter aantal door kanker aangetast worden dan personen van middelbaren leef- tijd, terwijl jongeren van de ziekte verschoond blijven, de theorie opgesteld dat de woeke- riiigen het gevolg zouden zijn van verstoring in het evenwicht tusschen de dekcellen (het epithelium) en het bindweefsel. Maar deze opvatting telt slechts weinig aanhangers meer tegenwoordig. Merkwaardig, en weer heel goed verklaar- baar is ’t, dat er —— evenals een nieuwe na- tuurkundige ontdekking, als x-stralen, radium- werking enz., aanleiding geeft om nieuwe ge- neeswijzen te beproeven '— zoo dikwijls samen- hang is tusschen de wetenschappelijke nei- gingen en opvattingen die op een gegeven moment om zoo maar te zeggen, in de mode zijn, en de theorieën over bepaalde ziekten. Toen de ontwikkelings(evolutie-)theorie pas door Darwin en anderen uitgewerkt was, ont- stond ‘een daarop gebaseerde kanker-theorie, maar toen als oorzaak van verschillende infec- tieziekten kleine levende wezens erkend waren, kwam ook het denkbeeld op, den kanker op dergelijke wijze te verklaren. Zelfs verzekert thans een Amerikaan, dat de ziekte alleen aan een enzym, een ferment-achtige stof die bij gistingsprocessen een rol speelt, toege- schreven kan worden. In hoofdzaak kan men zeggen, dat tegen- woordig de parasitaire en de niet-parasitaire theorie van den kanker tegenover elkaar staan. De strijd loopt in hoofdzaak hierover: ligt de oorzaak van den kanker in het organisme zelf, of wordt de ziekte door een ander orga- nisme, van buiten-af, teweeggebracht '? Bewijzen tegen de „parasitaire theorie” bezit men eigenlijk niet. Maar haar aanhangers schijnen in den laatsten tijd niet talrijker te worden. Want tot dusver zijn nagenoeg al de als parasieten beschreven vondsten in de kankerachtige gezwellen ten slotte gebleken, overblijfselen of voortbrengselen van de zieke cellen zelf te zijn. Dat lot heeft ook de voorwerpen, op vogel-oogen gelijkende, ge- troffen, die prof. v. Leyden gevonden had en de lichaampjes, door Plimmer en Feinberg ontdekt, zijn naar alle waarschijnlijkheid dezelfde. Het is toch te erg, wanneer Feinberg bijvoorbeeld verlangt, dat men, om zijn para- siet aan te treffen, ten minste een duizendtal zijn ook veelal met boomen beplant, zoodat de city in haar zomercostuum zal prijkenf De bladen sporen in allerlei artikels de in- woners aan om de vogels naar de stad te lok- ken en daartoe hokjes of kastjes op te hangen, waar de gevederde vrienden in kunnen nestelen. l Ook trachten zij tot nut en vermaak voor jong en oud, meer eekhoorntjes in de parken te zien te brengen. - Onze nieuwe Mayor, Becker, ontwikkelt eene groote activiteit. Met automobiel en motor- boot gaat hij oponderzoekingstochten uit en wat niet in den haak is, moet in orde gebracht worden. Er krijgt nog al eens een ambtenaar ontslag als hij blijkt niet te zijn de rechte man op de rechte plaats. .,His honor” is nu in de periode van den jaarlijkschen grooten schoonmaak, die ook hier in allen luister moet worden doorgemaakt, niet alleen door de huismoeders, maar ook door het stadsbestuur. Straten en alleys worden sclioon- gemaakt, hersteld en opgeknapt. Eene aan- sporing tot de ingezetenen is bekend gemaakt, om tegen 30 Mei, ,‚decorationsdag”, alle hui- zen en erven netjes schoongemaakt te hebben en de woningen, door het aanbrengen van bloemen enz. zooveel mogelijk een feestelijk aanzien te geven. Met „decorationsdag” gewijd aan de her- denking der in de oorlogen voor de V. S. ge- sneuvelde soldaten en de versiering met bloe- men van hunne graven) is het juist een jaar geleden, dat wij in Hoboken aan wal stapten. Mijn oordeel over Amerika, met het oog op hen, die voor lotsverbetering er naar toe wen- sclien te gaan, blijft vrijwel gelijk ik vroeger schreef. Amerika is het land van humbug en van groote dingen en bovenal van werkzaam- heid. Voor jonge menschen, die werken kunnen en willen op allerlei gebied, zijn de vooruit- zichten beter dan in Nederland, doch zal het meerendeel in groote hoopvolle verwachtingen worden teleurgesteld. De goede tijden om for- tuin te maken, schijnen voorbij te zijn. Gekke ideeën hebben dc lui hier soms over Nederland. Die als kind hier gekomen zijn en op rijpen leeftijd het oude vaderland weer bezoeken vin- den het een „arm” leven. Doch de reden daarvan ligt voor de hand. De omgeving, waarin zij hier gekomen zijn, past niet aan bij die, waarin zij hunne familie en be- trekkingen vinden. Gemeenlijk zijn het lui, die doodarm hier kwamen met eene herinne- ring aan een armoedig bestaan in Holland. Komen ze nu, tot welstand geraakt, weer in de oude omgeving. dan valt dat niet mede, te meer omdat de arme familie in Holland alles denkt van den rijk geworden oome uit Am. ! Een mijner kennissen, hier geboren, een rijk man, doch hier geworden, wilde nog eens naar Holland, om zelf eens te zien hoe het daarnu eigenlijk was. Een zijner vrienden die er ge- weest was, had hem verteld, ’t was er toch zoo „poor” (arm). Die man was op het eiland Marken geweest, en daar zag het er toch zoo armoedig uit, en in Broek in Waterland liepen de mannen alle- maal met gelapte broeken! Anders scheen hij niets van ons goede land gezien te hebben. En nu —— tot een volgende gelegenheid. Yours M. v. K. kijken. Want indien de lichaampjes die als voortbrengers van den kanker worden aan- gegeven, dat werkelijk waren, dan zou men ze immers in groot aantal in de gezwellen moeten aantreffen, en nooit in gezonde of enkel maar ontstoken iveefsels. Dat is echter geen van beide ’t geval. Voorts zou men ze vooral moeten vinden in de cellen die zich door deeling voort- planten, en aldus de aanzwelling doen ont- staan ; en ook dat komt niet uit. Robert Koch, de grondlegger van onze moderne kennis betreffende de tuberculose, heeft de volgende eischen gesteld aan een theorie welke een ziekte door parasitaire woekering tracht te verklaren. Die parasiet moet in alle gevallen en bij alle vormen van de ziekte worden aan- getroffen; men moet ze afzonderlijk kunnen cultiveeren buiten het organismen, en mcn moet vastgesteld hebben, dat overbrenging van de zoo gekweekte parasieten op gezonde individuen dezelfde ziekte teweegbrengt. Al deze voorwaarden zijn bijvoorbeeld vervuld bij de pest-bacil, getuige het treurige lot van dien Russischen geneeskundige die op een eilandje bij Kroonstad gestorven is aan de pest, waarmede hij geïnfecteerd moet zijn geworden bij ’t behandelen van pest- baoil-cultures. Geen van die voorwaarden is echter tot dusver vervuld voor een der zoogenaamde soorten van bacillen van den kanker. Daar komt bij, dat men zijn eischen heel scherp mag en moet stellen, waar de ver- schijnselen die bij den wasdom en het voor- komen der kankergezwellen in het lichaam waargenomen worden, slechts bezwaarlijk met behulp van een parasitaire theorie kunnen worden verklaard. Ook de tegenovergestelde opvatting: de niet-parasitaire, is niet in staat, het waarge- nomene afdoende te verklaren; ze schijnt echter in den laatsten tijd een overwicht ,te verkrijgen boven de andere. Voor een deel ziet deze thorie de oorzaak der kankerach-tige ontsteking in mechanische prikkels, dus een stoot of slag, of voortdurend schrijnen. Het valt niet te betwijfelen, dat een stoot tegen een moedervlek een zeer boosaardig gezwel (sarkoom) kan teweegbrengen; voorts treedt in den regel in bepaalde organen de kanker op die plekken op, die ’t meest blootgesteld zijn aan mechanische prikkels, bijvaan den ingang van de maag. in de nauwe deelen van den slokdarm; bekend zijn de veelvuldige gevallen, waarin kanker aan de onderlip ont- dûûrëneden Van kankergezwellen moet na- ‘staat tengevolge van den aanhoudenden druk